In ‘Luisteren met…’ interviewt Soundtrackcity bewoners uit Amsterdam over de invloed van geluid op hun leven. Welke geluiden horen bij hun woonomgeving? En Wat betekenen deze geluiden voor hen?
Deel 2: Fred
V: Kunt u zich kort voorstellen?
F: Ik ben geboren in Amsterdam op de Oostelijke Eilanden. Toen er een zusje in ons gezin bij kwam verhuisde we naar de Erasmusgracht in West. Toen er daarna nog een broertje bijkwam zijn we verhuisd naar Osdorp. Sinds midden jaren tachtig woon ik hier in De Pijp.
Ik ben de Sociale Academie gaan doen en uiteindelijk mediator en coach geworden. Als mediator heb ik veel voor de Gemeente Amsterdam gewerkt. Daarnaast ben actief in de buurt. Ik zit in werkgroep de Schone Pijp. Dat is een initiatief van bewoners, de Gemeente Amsterdam en bedrijven. Ons doel is om de wijk schoon te houden. Ik organiseer ook de Open Tuinendagen in de buurt en ik zit in verschillende commissies.
Een actief leven dus! Kunt u vertellen waar we nu zijn?
We zijn hier in het Amstelhuis, een hele fijne plek. Ik woon er nog maar een paar maanden maar ik vind het nu al heel gezellig hier.
Vroeger was dit een verzorgingstehuis. Zes jaar geleden zijn ze daarmee gestopt en zijn het huurappartementen geworden waar je vanaf 70 jaar mag komen wonen. Er wordt hier goed gekookt in het restaurant, er is een café, een biljart, een binnentuin en er worden filmavonden georganiseerd.
En klinkt het hier anders dan in uw vorige woning?
Hiervoor woonde ik op de Stadhouderskade.Daar waren er twee grote geluidsbronnen. Aan de voorkant was het druk. Er was heel veel verkeer. Maar aan de achterkant hadden we een grote tuin. We sliepen aan de achterkant en hoorden dus vogeltjes en het ruisen van de hoge bomen. Én het rook er heerlijk fris.
Hier in het Amstelhuis wonen we aan de voorkant. We horen de tram over de Nieuwe Amstelbrug rijden. Dat is voor ons een nieuw geluid. Die pingel van de tram, daar word ik altijd zo blij van. Ik ben geboren en getogen in Amsterdam en volgens mij is die tramklingel in alle jaren hetzelfde gebleven. Dat geluid begeleid me al mijn hele Amsterdamse leven. Het stoort me nooit. Het geeft me een gevoel van thuis zijn.
U heeft uw hele leven in Amsterdam gewoond, zijn er geluiden die zijn verdwenen?
De karren zijn verdwenen; de ijskarren, de viskarren en de ijzerboer, die hoor je niet meer. Eigenlijk ook de stemmen van de kooplui dus. Mensen prijzen niet meer hun waren aan en ze komen natuurlijk ook niet meer langs de deuren.
De stad is lawaaieriger geworden. Al die motoren die zoveel geluid maken. Ik heb ook motorgereden maar ik heb nooit zoveel geluid gemaakt tijdens het rijden.
Is er een bepaald geluid dat u doet denken aan uw jeugd?
Het geluid van stoompijpen doet me ook denken aan mijn jeugd. Ik groeide ik op in de havens. Mijn familie werkte daar. Mijn opa op KNSM, mijn oom ook, mijn vader bij de Hollandsche Lloyd op de Oostelijke Handelskade. Ik hoorde de stoompijpen vorige week bij de intocht van Sinterklaas, dat deed me ineens weer denken aan vroeger. Leuk was dat.
Dat doen geuren ook trouwens. Ik heb bij Heineken gewerkt bij personeelszaken, en altijd als ze gingen mouten dan rook je dat. Vaak rook je verschillende geuren tegelijkertijd. Het mout, de Blooker met z’n cacaogeur en je had Maschmeijer, een geur- en smaakbedrijf, die bezig was met aroma’s.
Ik zou het moeilijk vinden Amsterdam te omschrijven in geuren.
Ja, er zijn minder specifieke geuren nu. Ik merk wel dat als ik over de bruggen ga, ik soms het water ruik. De geur van de Amstel bijvoorbeeld. De klank van water is trouwens ook mooi. Als je ’s ochtends aan het fietsen bent en het heeft geregend, dan hoor je dat aan het geluid van je banden.
Maar terug naar de geluiden van vroeger: Markten vind ik nog steeds fijn, de geluiden op de Dappermarkt zijn prettig. De Albert Cuyp is wat toeristisch geworden helaas.
Welke plek in Amsterdam bezoekt u vaak en hoe klinkt die?
Wat ik fijn vind is lopen langs de Amstel. Dan loop ik langs De Ysbreeker en de roeivereniging helemaal tot aan de Berlagebrug. Zelden ga ik dan langs de Amsteldijk terug, die kant is me te druk, te veel lawaai. Maar het pad langs de Weesperzijde is mooi en rustig, daar is minder verkeer. Daar hoor je ook de wind door de bomen, en langs de boten ruisen.
Met de Schone Pijp gaan we ook elk maand een deel van deel Pijp schoonmaken van twee tot half vier. Dan kom je in wijken waar je soms niet zelf snel komt. De Diamantbuurt bijvoorbeeld. Erg schattig en het klinkt daar ook anders, rustiger, als je het met het noordelijke deel van de Pijp vergelijkt.
Ik heb inmiddels in vijf buurten in Amsterdam gewoond, het valt me op hoe groot die verschillen in geluidsbeleving zijn. U herkent dat dus al binnen dezelfde wijk?
Ja, ik denk dat de Pijp ook opvallende verschillen heeft. De Hemonybuurt bijvoorbeeld, daar zijn maar 3 cafés. Dus als je dat vergelijkt met de buurt rondom het Gerard Douplein, is het verschil enorm. Zodra je de Van Woustraat overgaat hoor je het direct.
Het is een internationale buurt, dat hoor je ook. Vroeger hoorde ik niet veel mensen in andere talen spreken. Maar inmiddels ben ik zo gewend aan Engels op straat horen, of Russisch, of Italiaans.
Op welke plek komt u helemaal tot rust?
Amsterdam Noord. Wandelend langs het Markermeer, richting Durgerdam, dat is echt heerlijk. Je hoort dan het geluid van koeien en weidevogels. Het enige dat ik haat zijn die groepjes wielrenners. Vaak hebben ze geen bel maar roepen ze heel hard naar je. Dan wordt de rust wreed verstoord.
Welk geluid zou u het liefst de stad uit verbannen?
Al die verbouwingen in Amsterdam. Ik denk dat door Corona nog meer mensen zijn begonnen met verbouwen. Iedereen is maar aan het boren, hakken en slijpen en omdat veel mensen thuiswerken, hebben ook meer mensen er last van. Wat dat betreft beseffen mensen nu misschien beter hoe belangrijk geluid is. Mensen zijn vaak zo gefocust op zicht, terwijl je oren als eerste opengaan en als laatste dicht. Dus je ervaringen met geluid zijn erg belangrijk.
Om mee af te sluiten, wat is uw favoriete geluid?
Toch die pingel van de tram. Dat geluid stoort me nooit. Het geeft me een gevoel van thuis zijn. Ja, de trambel en zingende mensen op de fiets. Daar word ik ook zó vrolijk van.
Lees ook de andere interviews: